Pure idealisten waren het, de heren Groeneveld, Rutgers, Smeenk, van Zwolle, Schlepers, Feddes Fzn, Wolthuis, De Jager en Colenbrander. De eerste drie waren initiatiefnemers, de anderen afgevaardigden van de Vereniging voor Plaatselijk Belang, het Groene Kruis, de gymnastiekvereniging Beatrix, de Oranjevereniging, de korfbalvereniging Centrum en de gemeente Gramsbergen. Zij vormden op 16 september 1954 de Stichting Cultureel-en Verzorgingscentrum De Krim en kozen als bestuursleden voorzitter B.Groeneveld, algemeen adjunct B.Rutgers en secretaris J.van Zwolle. De doelstelling was niet gering en omvatte
a. een wijkgebouw voor het Groene Kruis,
b. een ontspanningszaal,
c. een zweminrichting, speciaal voor scholen en
d. een verzorgingshuis.
Hiermee, zo werd begroot, zou een bedrag van f200.000,- gemoeid zijn en waarschijnlijk zou men aan eigen middelen f25.000,- beschikbaar kunnen stellen.
Dat bleek nog meer te zijn. De Onder Ons, die in de jaren twintig begonnen was met de levering van elektriciteit aan een cooperatieve vereniging, die zelf de aanleg van een elektriciteitsnet verzorgde, kreeg door omschakeling op elektromotoren zelf steeds meer behoefte aan energie. Vandaar dat overwogen werd het zich steeds meer behoefte aan energie.Vandaar dat overwogen werd het zich voortdurend uitbreidende net over te dragen aan de Ijsselcentrale. Onder Ons directeur Groeneveld, ook voorzitter van de cooperatieve elektriciteitsvereniging, stelde de leden voor het verkoopbedrag te schenken aan de nieuw gevormde stichting. Zijn voorstel werd aangenomen en zo kon Groeneveld op 20 juni 1955 meedelen, dat de IJsselcentrale als overnamebedrag f44.505,56 aan de stichting had overgemaakt. Nu namen de plannen vastere vormden aan.Architect Schuitemaker uit Vroomshoop werd gevraagd een begroting en schetsen te maken en hij kwam met de volgende opzet:
1.Bejaardenhuis f 105.00,-
2.Groene Kruisgebouw f 65.000,-
3.Badhuis en douches f 31.500,-
4.Ontspanningsgebouw f 115.000,-
5.Rijwielstalling f 6.800,- en
6.Schoolzwembad f 20.500,-.
Samen f 344.000,-.
De stichtingsleden lieten zich door dit aanzienlijk hogere bedrag niet afschrikken en togen aan het werk. Subsidies werden aangevraagd en een stuk grond, groot 7 are en 70 centiare naast Cafe Horstra werd f3.500,- aangekocht. Het ontspanningsgebouw werd omgezet in dorpshuis, waarbij de grote zaal ook gebruikt kon worden als gymnastieklokaal voor scholen en verenigingen. Dergelijke dorpshuizen verrezen in de jaren vijftig en zestig overal in ons land en er werden enorme subsidies voor beschikbaar gesteld. Eind 1956 kwam een nieuw plan voor een dorpshuis met vierhonderd zitplaatsen ter tafel, dat f120.000,- zou gaan kosten. Het Groene Kruisgebouw werd als eerste project voor f50.000,- op een locatie aan de Julianastraat 35 gebouwd. In 1960 werd heel toepasselijk de eerste steen ervoor gelegd door de inmiddels gepensioneerde zuster Kamphuis, die hiermee haar jarenlang gekoesterde lievelingswens in vervulling zag gaan.
Aan het eind van ditzelfde jaar kwamen dankzij de Onder Ons de plannen voor een zwembad in stroomversnelling. De opvolger van de heer Groeneveld als directeur van de aardappelmeelfabriek en als voorzitter van de stichting, de heer J.E.Callenfels, bleek een enthousiast voorvechter van een nieuw bad. Hij zag direct al mogelijkheden om het via ‘zijn’fabriek te verwezenlijken.Er was eigenlijk sinds 1929 al een zwembad in De Krim. Het was een uitgegraven bassin, dat via een zijkanaal in verbinding stond met de Molenwijk en dat op initiatief van de heren Groeneveld en Jager indertijd tot stand was gekomen. Het bassin bestond uit twee gedeelten, een van 30 centimeter en een van een meter diep, terwijl geoefende zwemmers in het zijkanaal terecht konden. Was er oorspronkelijk een drijvend badhuis met achttien kleedruimtes, later stonden er zes badhokjes en een uitkijkpost voor de badmeester bij. Dit bad was echter sterk verwaarloosd en bovendien werd de kwaliteit van het oppervlaktewater steeds slechter. Vervanging was dringend noodzakelijk.
Vandaar dat Callenfels een open oor vond, toen hij namens de Onder Ons aanbood zelf voor een nieuw zwembad te kunnen zorgen. De fabriek zou het bassin op eigen grond met alle noodzakelijke voorzieningen aanleggen en via het watervoorzieningssysteem van het bedrijf zorgen voor voortdurende zuivering van het zwemwater. Tevens zou voor de komende seizoenen op kosten van de Onder Ons een badmeester worden aangesteld. Het aanbod werd uiteraard met instemming aanvaard en zo kreeg De Krim op uiterst goedkope wijze een eigen ‘Onder Ons’zwembad. De bouw van het dorpshuis had heel wat meer voeten in de aarde. Het Ministerie van Maatschappelijk Werk von het te groot en de inhoud werd teruggebracht tot 316 en daarna tot 312 zitplaatsen in 1959. De al verworven bouwgrond werd weer verkocht en een ander stuk aan de Beukenlaan aangkocht. De Consulent Lichamelijke Opvoeding vond het gymnastieklokaal van 9 bij 16 meter te klein en dit moest op 9 bij 18 meter gebracht worden. De hierdoor ontstane meerkosten werden begroot op f20.000,-, maar gelukkig wilde de firma Sipkema dat bedrag wel tegen 4 procent per jaar lenen. Op 10 maart 1961 vond dan toch de aanbesteding plaats, maar door allerlei vertragende omstandigheden kon de firma Datema pas op 4 juli met de eigenlijke bouw beginnen. Onze eerste vrouwlijke minister, mevrouw Klompe, werd gevraagd de officiele opening te verrichten, maar zij was helaas verhinderd. Nu opende de heer Zandscholten, gedeputeerde van Overijssel op 2 november 1962 het dorpshuis van De Krim. De totale kosten hadden met de inrichting f 199.285,18 bedragen.
De eerste beheerder werd de heer K. Mulder.Hij verdiende f 115,- bruto per week ‘plus pensioensvoorziening en vacantie-rechten’. Op 1 januari 1970 werd hij opgevolgd door de heer Fraterman, die twee jaar later op 13 november 1972 (de Novemberstorm) moest meemaken, dat bijna het volledige dak eraf waaide. Na het vertrek van de heer Callenfels in 1973 vond in het seizoen 1974/1975 een mede door hem voorbereide grote uitbereiding plaats. Ze kostte maar liefst f 466.593,96. Acht jaar later, in 1983, gooide het stichtingsbestuur de handdoek in de ring en droeg vanwege de slechte financiele toestand de eigendommen over aan de gemeente Gramsbergen.
Om het dorpshuis met zijn acitiviteiten te redden, vormden de heren Van Blanken, Bunskoeke, Hommes, Ter Horst en Westeling een werkgroep, die overleg ging plegen met de verschillende verenigingen. In verband met het al verleende ontslag van beheerder Super zetten vrijwilligers zich in om het gebouw te kunnen blijven gebruiken. Gelukkig hadden de pogingen van de heren succes. Er werd een gemeentelijke Commissie Dorpshuis opgericht met vertegenwoordigers van de volgende gebruikmakende organisaties:
peuterpeelzaal, ontspanningsgroep, activiteitencommissie, drumband Dindua, gymnastiekvereniging Beatrix, plattelansvrouwen, korfbalvereniging Centrum, sjoelclub en bejaardensoos. Twee leden op persoonlijke titel, wethouder Huisjes en twee raadsleden complementeerden het geheel. Het bestuur werd gevormd door voorzitter H. van de Belt, tweede voorzitter G.Bunskoeke, eerste secretaris mevrouw Bunskoek-Wolterink, tweede secretaris W.de Jong en penningmeester W.J.Klement.
Het was met dit bestuur, dat in 1989/1990 opnieuw een ingrijpende verbouwing plaats vond. De heropening vond plaats op 17 november 1990 onder de door de heer Bunskoeke bedachte naam ‘De Planeet’. Kort daarop, op 1 januari 1991, werd de overdracht van 1983 weer teruggedraaid. De gemeente Gramsbergen droeg het dorpshuis ‘De Planeet’ met ondergrond en eigendommen op zijn beurt over aan de ‘Stichting De Krim voor Sociaal en Cultureel Werk’. Een nieuwe naam voor een ouder organisatie, die sinds die tijd opnieuw het beheer voert. Met succes en tot op vandaag!